Staat erkent persvrijheid opnieuw te hebben geschonden

De Nederlandse Staat heeft voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens erkend dat hij het EVRM heeft geschonden in een onderzoek naar een Telegraafjournaliste.

Dat is te lezen in een besluit van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) dat, naar nu blijkt, in september 2016 door het Hof is genomen.

Telegraafjournaliste Jolande van der Graaf
In 2009 onthulden de journalisten Jolande van der Graaf en Joost de Haas in De Telegraaf het falen van de geheime dienst AIVD in de aanloop naar de oorlog in Irak. Om de bronnen van de Telegraafjournalisten te achterhalen werden telefoontaps gezet en werd huiszoeking verricht bij Van der Graaf waarbij veel materiaal in beslag werd genomen. Tegen de huiszoeking en inbeslagnames bij verslaggeefster Van der Graaf procedeerde De Telegraaf door tot aan het Europese Hof in Straatsburg.

Staat opnieuw in de fout
In de afgelopen jaren werd Nederland tot drie keer toe veroordeeld door het EHRM voor schendingen van de persvrijheid. Nu erkende de Staat al tijdens de procedure dat bij het onderzoek naar de Telegraafjournaliste opnieuw een inbreuk op Artikel 10 van het EVRM had plaatsgevonden. De Staat toonde zich bereid alle proceskosten te vergoeden, zolang deze redelijk en noodzakelijk waren.

Voor het EHRM was dit voldoende om de zaak van de lijst van het Hof te schrappen en de Staat te verplichten de proceskosten te vergoeden.

Wetsvoorstel aanhangig
In het besluit verwijst het EHRM naar de nieuwe wetgeving voor journalistieke bronbescherming, die aanhangig is bij de Tweede Kamer. Na herhaaldelijk uitstel lijkt de Tweede Kamer het wetsvoorstel deze maand eindelijk te gaan behandelen.

De erkenning van de Staat dat hij opnieuw in de fout is gegaan, onderstreept de noodzaak van wettelijk verankerde waarborgen om journalistieke bronnen effectief te kunnen beschermen.