Staatssecretaris Dekker houdt markttoets publieke omroep tegen het licht

Tijdens het debat over de mediabegroting in de Tweede Kamer heeft staatssecretaris Sander Dekker toegezegd de Nederlandse goedkeuringsprocedure voor diensten van de publieke omroep aan een internationale vergelijking te onderwerpen.

Daaruit moet blijken of de Nederlandse toets niet te licht is.

D66-Kamerlid Kees Verhoeven bekritiseerde de huidige Nederlandse toets. Uit rapporten blijkt dat de Nederlandse toets de ‘vrijblijvendste van heel Europa’ is, zo betoogde Verhoeven. Hij is voorstander van een stevige toets, met een belangrijke rol voor de ACM bij het inventariseren van de marktimpact.

Omdat de toets nu slechts van toepassing is op nieuwe diensten, wil D66 ook wijzigingen van bestaande diensten laten toetsen.
Bovendien moeten marktpartijen om de toets kunnen verzoeken en dienen de uitkomsten openbaar te zijn.

Opening bestel

Staatssecretaris Dekker wil maximaal 50 procent van het omroepbudget openstellen voor externe producenten.
Ton Elias (VVD) en Verhoeven zien dat echter als tussenstap. Uiteindelijk willen zij het volledige budget op basis van competitie toewijzen.

Tijdens het debat maakte Dekker, naar aanleiding van vragen van PVV-Kamerlid Martin Bosma, duidelijk dat een journaal zich wat hem betreft niet voor openstelling leent.

Voor externe producenten is er wel ruimte om de achtergronden van het nieuws en meer opiniërende programma’s te verzorgen, aldus Dekker. Hij roept externe producenten op om ideeën in te dienen bij de NPO.

Regionale journalistiek

Pieter Heerma (CDA) en Gert-Jan Segers (CU) dienden een motie in om de Raad voor Cultuur nader onderzoek te laten doen naar samenwerkingsverbanden tussen publieke en private mediabedrijven in de regio.
Dit onderzoek moet bijdragen aan het wegnemen van eventuele belemmeringen voor samenwerking en het benutten van organisatorische en wettelijke mogelijkheden.

Deze motie is aangehouden. Staatssecretaris Dekker gaat voor het kerstreces in gesprek met de Raad om te bezien welke vragen onbeantwoord blijven in lopende onderzoeken naar regionale samenwerking.

Recht op antwoord

VVD-Kamerlid Elias pleitte voor invoering van het zogeheten ‘recht op antwoord’, zoals dit ook in Vlaanderen bestaat.
Dit recht geeft personen die mogelijk ten onrechte negatief in de publiciteit zijn gekomen, de mogelijkheid om hier kosteloos in het betreffende medium op te reageren. Dit idee druist in tegen de Nederlandse traditie van zelfregulering.

Staatssecretaris Dekker heeft de Kamer beloofd in het voorjaar van 2015 op dit ‘recht op antwoord’ terug te komen.